Welke wijzigingen ontstaan er door Wet Werk en Zekerheid vanaf 1 januari 2015?
Doordat de ingangsdatum van de Wet Werk en Zekerheid is uitgesteld brengen wij u hierbij nogmaals stapsgewijs op de hoogte aangezien het arbeidsrecht drastisch wordt gewijzigd. Dit kan grote consequenties hebben voor uw positie als werkgever en de rechtsbescherming van de werknemer. De wijziging gebeurt in drie fases. De eerste fase treedt in werking per 1 januari 2015 en de tweede fase per 1 juli 2015. Op 1 januari 2016 verandert er nog het nodige in het sociale verzekeringsrecht.
I. Wat treedt in werking per 1 januari 2015?
- De nieuwe werknemer moet tijdig horen of het huidige contract wordt voortgezet (aanzeggen).
- Geen proeftijd bij een contract van een half jaar.
- Geen concurrentiebeding in tijdelijk contract.
Lees hier verder.
II. Wat treedt in werking op 1 juli 2015?
Lees hier verder.
III. Ten slotte wijzigt per 1 januari 2016 ook:
- Opbouw arbeidsverleden WW.
De opbouw WW vertraagt en de maximale uitkeringsduur wordt 24 maanden.
IV. Welke acties kunt u nu al ondernemen?
- Goed nadenken bij het verlengen van contracten: Als u nog optimaal gebruik wil maken van de ketenperiode van 36 maanden, plant u de laatste verlenging van een bestaand contract op of voor 30 juni 2015, zodat de maximale periode nog benut kan worden. Valt u onder een CAO, dan heeft u mogelijk nog een jaar extra om te profiteren van de oude ketenregeling. Deze mogelijkheid heeft de wet nog gecreëerd.
- Sparen voor transitievergoeding: Een werkgever zal sneller een vergoeding moeten betalen bij de beëindiging van een dienstverband dat 24 maanden of langer heeft geduurd. Alleen wanneer u minder dan 25 werknemers in dienst heeft en uw onderneming staat er slecht voor, dan hoeft u minder te reserveren. Hiervoor geldt een bijzondere regeling. Denkt u verder ook eens aan de werknemer die 2 jaar ziek dreigt te worden. U zult met deze medewerker, bij het einde van het dienstverband, moeten ‘afrekenen’.
- Als u geen transitievergoeding wenst te betalen, zult u de contracten binnen 24 maanden (exclusief tussenpauzes) moeten beëindigen. Immers de transitievergoeding is pas verschuldigd bij een dienstverband van 24 maanden of meer.
- Indien u reeds plannen heeft tot reorganisatie, deze mogelijk al voor 1 juli 2015 realiseren. Bij een procedure via het UWV bent u nu nog geen vergoeding verschuldigd, hoewel in de praktijk sommige werknemers een vergoeding eisen via een “procedure kennelijk onredelijk ontslag” (kantonrechter). Vraag hierover een advies bij een gespecialiseerd jurist.
- Medewerkers scholen: Houdt uw medewerkers ‘up to date’, voor hun eigen functie, maar ook voor de arbeidsmarkt. De kantonrechter houdt bij een verzoek tot beëindiging van het dienstverband mogelijk al rekening met de scholingsinspanningen voor 1 juli 2015.
- Bijhouden van scholingsactiviteiten: Bepaalde scholingskosten mogen worden verrekend met een transitievergoeding. Indien u nu reeds bijhoudt welke inspanningen u verricht, zal dit later gemak op leveren.
- Cao-lidmaatschap (her)overwegen: Indien er geen verplichte CAO geldt binnen uw branche, kan het, gezien de grotere rol van cao’s, aantrekkelijk zijn om lid te worden of juist af te zien van lidmaatschap.
- Dossieropbouw: Dit is eigenlijk niet nieuw, maar voor een ontslag wegens disfunctioneren is dit nu meer dan ooit noodzakelijk.
Wij willen u adviseren vooral kennis te nemen van de wijzigingen over de ketenregeling (verlenging contracten) en de transitievergoeding. Door slim in te spelen op de verlenging van contracten kunt u nog langer profiteren van de “oude regels”.
Indien u nog vragen heeft kunt u altijd contact opnemen met Dedi Jans. Zij is bereikbaar op telefoonnummer 0341-740800.